Blog

Blog
Terug naar overzicht
05 jan

Kroonprins van een bierdynastie

“Hoeveel péch kan je hebben.” Als er iemand het recht heeft om te klagen, is het wel Jef Cornelissen (41). Het zijn dan ook heftige tijden in de brouwerij. Nadat corona de horeca twee jaar lang lamlegde, zorgde het conflict in Oekraïne ervoor dat grondstof- en energieprijzen de hoogte in schoten. Maar zich laten ontmoedigen? Nee hoor. Bij Brouwerij Cornelissen kijken ze volop naar de toekomst, en die ziet er rooskleurig uit.

Kroonprins van een bierdynastie

“Tegen 2027 willen we in volume verdubbelen, in omzet verdriedubbelen, in meer dan 100 landen in de winkelrekken liggen én jaarlijks 50 000 bezoekers ontvangen in onze brouwerij”, klinkt het even ambitieus als vastberaden. Aan het woord is Jef Cornelissen, de zesde ‘JC’ die sinds 2014 de touwtjes in handen heeft in de familiebrouwerij. Om die cijfers te verwezenlijken, werkten ze een strategisch plan uit dat zowel mikt op im- als export.

“Een plan dat tot stand kwam samen met Straight Business Partners, trouwens. Zo omhelst het plan een heuse belevingsstrategie, waarmee we de toeristische troeven van onze heimat in Opitter – maar bijvoorbeeld ook in samenwerking met de Herckenrode-abdij – beter willen uitspelen. Want bier is méér dan enkel een verkwikkend gerstennat. Bier is beleving. Daar willen we naartoe!”

Uitverkoren 

Jazeker, de zesde generatie. Dat las je goed. Al sinds het begin van de 19de eeuw brouwen de Cornelissen bier in Opitter. Een rijke familietraditie die tot op vandaag sterk in haar schoenen staat. Jan, Joseph, Jaak, Jan, Josephus. En dan nu Jef. “Als enige zoon was ik de uitverkoren erfgenaam van de brouwerij. Ergens was die verwachting om in het familiebedrijf te stappen er ongetwijfeld bij mijn vader, maar toch voelde het voor mij nooit aan als een verplichting.”

“Tijdens mijn studies Handelswetenschappen heb ik goed nagedacht over welke richting ik uitwilde in het leven. Die denkoefening eindigde altijd opnieuw in Opitter. Met mijn diploma op zak begon ik dan ook te werken in de brouwerij. In het begin vooral in commerciële functies, zowel lokaal als internationaal, vooraleer mijn vader een stap opzij zette en ik de dagelijkse leiding overnam. Tja, in het leven moet je keuzes maken, maar dit was de juiste. Daar ben ik nog altijd rotsvast van overtuigd.”

Internationale allure 

“Van in het begin heb ik toch wel forse veranderingen doorgevoerd. Veel investeringen gedaan ook, denk maar aan de hypermoderne waterinstallatie die ons afvalwater zuivert en vervolgens in de nabijgelegen Itterbeek doet stromen. Een investering in kwaliteit en duurzaamheid, die perfect in ons verhaal over lokale verankering past. Maar ja, goedkoop is zo’n installatie niet hé.”

“Tijdens mijn studies Handelswetenschappen heb ik goed nagedacht over welke richting ik uitwilde in het leven. Die denkoefening eindigde altijd opnieuw in Opitter.”

“Een ander speerpunt waar ik meteen werk van heb gemaakt, is een doorgedreven exportstrategie. In het buitenland kennen ze de reputatie van Belgisch bier, het zou zonde zijn om daar niets mee te doen. Door daar meer op in te zetten – onder meer door het aanwerven van een exportmanager, onze Mike, die zich uitsluitend bezighoudt met onze verkoop in het buitenland – liggen we ondertussen wereldwijd in zo’n 25 landen in de winkel.”

Wendbaar zijn 

Zoals we in het begin van dit artikel al aanraakten: het zijn woelige tijden voor wie anno 2022 bier wil brouwen. De sector krabbelde nog maar net recht na de mokerslag die corona uitdeelde, wanneer de volgende crisis alweer voor deur stond. “En die raakt ons op verschillende manieren”, zegt Jef. “Niet alleen zijn de prijzen van onze grondstoffen en energieverbruik steil de hoogte ingegaan door het conflict in Oekraïne, ook waren beide protagonisten van de oorlog grote afnemers van de Cornelissen-bieren.”

“Dergelijke geopolitieke ontwikkelingen… Tja, daar heb je als brouwer-ondernemer uit Opitter weinig vat op hé. Je kan alleen maar je plannen bijsturen en onverstoorbaar doorploegen. En dat zijn we dan ook aan het doen. Dat ik de voorbije jaren zwaar heb ingezet op een goed geolied team, helpt daarbij. Uiteindelijk blijkt de impact op onze brouwerij beperkt, in totaal hebben we ‘slechts’ een maandje onze productie moeten stilleggen. Als ondernemer maken dergelijke crisissen het beroep boeiend en leerrijk, dat dan weer wel. Maar ik heb uiteraard liever dat ze ginds de wapens neerleggen en samen een pint drinken. En dan nog liefst één van ons (lacht).”

Opvolging verzekerd 

Jacob en Julie. Zo heten de kinderen van Jef. De oplettende lezer zal merken dat ook hun initialen ‘JC’ zijn. Aan opvolging is dus zeker al gedacht. Maar komt die er ook? “Ze zijn respectievelijk negen en vijf jaar oud”, lacht Jef. “Misschien een beetje jong om daar al krasse uitspraken over te doen. Ik herken al bepaalde kenmerken van ondernemerschap in mijn kroost, dus op dat vlak zit het in elk geval snor.”

“Ondernemen is hard. Verdomd hard. En dan kan je maar beter een goede uitlaatklep hebben.”

“Maar voor mij is het vooral belangrijk dat ze later doen wat ze gráág doen. Het spreekt uiteraard voor zich dat ik graag zou hebben dat de traditie van onze brouwerij niet verloren gaat. Maar de keuze is aan hen.”

Favoriete bier

Ondernemen is hard. Verdomd hard. En dan kan je maar beter een goede uitlaatklep hebben. En die heeft Jef dan ook. Zijn gezin bijvoorbeeld, maar daarnaast trekt hij er regelmatig op uit. “Wandelen, joggen, fietsen … Zolang het maar in de buitenlucht is.”

“En daarbij hoort uiteraard een terrasje. Met een frisse Ops-Ale, onze luxepils die als eerste Limburgs product ooit werd bestempeld als erkend streekproduct én mijn persoonlijke favoriet. Schol!”